28 september 2016 861 woorden, 4 min. gelezen

Mijn zomerlectuur: goed, uitstekend en minder goed

Door Pierre-Nicolas Schwab Gepromoveerd in marketing, directeur van IntoTheMinds
De zomer is voor mij doorgaans de tijd om mijn creatieve eigen (Frans) een boost te geven als voorbereiding op de tweede helft van het jaar (ik weet dat dit wat arrogant klinkt). Het ene boek na het andere lezen is […]

De zomer is voor mij doorgaans de tijd om mijn creatieve eigen (Frans) een boost te geven als voorbereiding op de tweede helft van het jaar (ik weet dat dit wat arrogant klinkt). Het ene boek na het andere lezen is een techniek die ik graag toepas. Dit jaar heeft mijn gewaardeerde Kindle (Frans) me overal gevolgd met enkele welgekozen titels erin. Sommige ervan konden me inspireren, andere minder. Hieronder een lijst van mijn zomerlectuur met een korte toelichting. Zoals u ziet, was mijn keuze dit jaar erg gericht op Big data (Frans), markttendenzen en lopende missies.

 

Eli Pariser: “The filter bubble”

Dit boek van Eli Pariser heb ik pas onlangs ontdekt. Ik kende al het concept van filter bubbles via het werk van Channel 4 over aanbevelingsalgoritmes  en de poging om van die bubbles af te komen.

Het boek van Pariser is belangrijk omdat het het eerste is dat de aandacht van het grote publiek vestigt op een complex probleem: de invloed van algoritmes op onze levens, keuzes en vooral de wijze waarop de mogelijkheid beperken voor ons om nieuwe dingen te leren. Toen het boek van Pariser in 2011 verscheen, leidde dat tot een debat over de ethiek van algoritmes en het opsporen van de gebruikers. Bij mijn werk voor de RTBF en de UER brachten die vragen ons ertoe na te denken over de manier waarop de algoritmes die wij ontwerpen aangepast moeten zijn om de waardes van de openbare dienstverlening weer te geven.

 

Persoonlijke score (score van 1 tot 5, met 5 als beste): 5

Kevin Kelly: “What technology wants”

Wat een boek! Na 20 pagina’s wilde ik de auteur vertellen hoe goed ik het vond. Kelly ontwikkelt het idee van een « technium », een systeem dat is gebaseerd op alle bestaande technologieën, waarvan het leert om zich verder te ontwikkelen en te versterken. Dit Technium maakt het voor uitvindingen mogelijk om zich te ontwikkelen en garandeert de doorlaatbaarheid van uitvindingen van de ene activiteitensector naar de andere. Elke uitvinging, zo schrijft Kelly, bestaat enkel dankzij vroegere uitvindingen die in verschillende domeinen opgang maakten. «Where good ideas come from » van Steven Johnston is een ander stuk dat bewijst, met als voorbeeld de drukpers van Gutenberg, dat ideeën zich verspreiden en dat deze bestuiving voordelen oplevert. Het is maar een kleine stap om te zeggen dat bestuiving tot betere uitvindingen leidt.

Kelly merkt ook op dat constructie en destructie elkaar afwisselen in een overwegend positieve globale dynamiek. Het is door de overmaat aan « constructie » waardoor de dingen in de loop der tijd veranderen. Een citaat van Zalman Schachter-Shalomi  lijkt me hier zeer op zijn plaats (vrije vertaling):

Er is meer goed dan slecht in de wereld, maar slechts een klein beetje.

Het andere zeer overtuigende argument dat Kelly naar voren brengt is dat uitvindingen een onafwendbare eigenschap hebben. Ze kunnen verwacht worden. Dat idee wordt door Johnston gedeeld. Kelly noemt dat de «simultane uitvindingen». Eén van de vele voorbeelden:  Edison is nu  bekend als uitvinder van de gloeilamp, maar eigenlijk was hij in concurrentie met verscheidene uitvinders die hetzelfde idee hadden. De geschiedenis heeft uiteindelijk alleen de naam van Edison onthouden. Zodra het Technium klaar is, zo zegt kelly, zijn uitvindingen klaar om gelijktijdig op verschillende plaatsen te « ontluiken ».

Persoonlijke score : 5

Jean-Philippe Postel, “L’affaire Arnolfini”

Dit boek heeft niets met informatica, handel of uitvindingen te maken. Het gaat over kunst, maar biedt inzichten voor iedereen. De auteur maakt een herinterpretatie van een beroemd schilderij: het portret van de echtgenoten Arnolfini, dat te bezichtigen is in de National Gallery in Londen.

De auteur gaat in op de details van dit doek, ontleedt de compositie ervan, herinterpreteert de codes van het schilderij in het licht van de Middeleeuwen en biedt ons een nieuwe kijk erop. De details die hij analyseert worden geleidelijk aan coherenter, vallen samen als in een puzzel en bieden de lezer een onverwachte kijk op het schilderij.

Ik leerde veel over het schilderij zelf, over de codes en het geloof in de Middeleeuwen. Maar dit boek biedt ook een meer algemene les. Ik ontdekte dat het bekijken van een schilderij verder moet gaan dan het oppervlak en zeer aandachtig moet gebeuren om de mysteries achter de dingen te ontdekken. Iets begrijpen vergt een inspanning die wij elke dat moeten doen. Dat is voor mij de belangrijkste les van dit boek.

Persoonlijke score : 4.5

“The googlization of everything” door Siva Vaidhyanathan

Ik had moeite met dit boek. De auteur ontwikkelt een machiavellistische visie over Google en probeert aan te tonen dat Google een monster is dat de openbare instellingen, bedrijven en in zekere mate de burger probeert over te nemen. Ook al ga ik akkoord met de basis van veel argumenten die in dit boek worden aangehaald (bijvoorbeeld het feit dat de aanwezigheid van Google op de markt innovaties en investeringen vertraagt, of ook de analogie met de theorie over sociale controle van Foucault), toch vind ik dat de structuur van dit boek te wensen overlaat. Er ontbreken logische verbindingen en ik verwachtte een meer objectieve kijk op de toestand.

Persoonlijke score: 2.5

Afbeelding: shutterstock



Posted in Innovation, Marketing.

Plaats uw mening

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *